Sociale wetenschappen en het Nieuwe Testament

Uitspraken in deze brieven over de relaties tussen mannen en vrouwen, slaven en vrijen en kinderen en ouders worden vaak gelezen vanuit onze context, beïnvloed door de notie van universele rechten van de mensen en de geschiedenis van de slavernij in met name Amerika. Dat wil zeggen dat we vanuit een meer individualistisch modern-christelijk of post-christelijk perspectief terugkijken naar uitspraken in een meer collectieve prechristelijke context.

De vertaalslag van het werk van sociale wetenschappers op het gebied van de oudheid naar het Nieuwe Testament verdient extra aandacht. Denk aan Bruce Malina The New Testament World (1981/2001), Wayne Meeks First Ubran Christians (1983), de broers Stegemann Jesus Movement/Urchristliche Sozialgeschichte (2001/1997), Philip Esler The Early Christian World (2000/2017) of Identity and Conflict in Romans (2003). Kijk ook vooral naar de conceptualisering van slaven, vrouwen, mannen en kinderen in de oudheid.

Apostelen als onruststokers

Belangrijke noties voor verdere studie zijn dan sociale stratificatie, (fictieve) verwantschap, eer en schaamte, en sociale identiteit. De samenleving was extreem gelaagd en veel draaide om het behoud van de eer van de familie en de stad. De positie van de familie ging vooraf aan de machtsverschillen tussen stadsgenoten en barbaren, mannen en vrouwen, slaven en vrijen en ouders en kinderen. Kinderen, vrouwen en huisslaven van families met een hoge sociale status stonden boven vrijgeboren mannen in families met een lage sociale status, zoals migranten. Vrijgelaten slaven van Romeinse burgers kregen ook het burgerrecht van Rome en stonden daarmee boven migranten uit andere steden.

Hoe functioneert in die context de boodschap van 'apostelen' dat volgelingen van Jezus broers en zussen zijn, kinderen van de allerhoogste God en burgers van het hemelse Jeruzalem? Welke spanning roept dat op met hun sociale status in de werkelijkheid van de Grieks-Romeinse steden rondom de Middellandse Zee?

Leven in twee werkelijkheden

Een samenhangend aspect is het groeiende bewustzijn in deze brieven dat Jezus de pre-existente logos van God is door wie alles geschapen is. Er komt een beweging op gang van een goddelijke Jezus die mens werd om mensen als god te maken. De beschrijvingen hiervan in Fil 2 en Col 1 hebben hymnische kwaliteiten. Hoe werkt die dynamiek uit in de relatie tussen man en vrouw, slaaf en heer, Jezus en de gemeente?

De relatie tussen het kosmische en het psychische komt sterk naar voren in de brief aan Efeze waar de naar God opgevaren Jezus woning maakt in het hart van zijn volgelingen. De afstand tot het heilige, die bemiddeld werd door priesters en in tempels, is hierdoor veranderd in een participatie in het heilige. Is hiermee ook de relatie met officiële tempels en priesters veranderd (ook 1Pet 2 vergelijkt de volgelingen van Jezus met levende tempelstenen en met priesters van God)? Hoe hangt dit samen met de anti-hiërarchische boodschap van Mat 23:7-12 of met de positie van Johannes de Doper die reiniging aanbood buiten de tempel om?

Een voorbeeld: In Zuid-Afrika maakten we mee hoe op zondag zwarte vrouwen die werkten als maids in rijke huishoudens priestergewaden aantrokken en zich verzamelden onder een boom voor een eredienst en een gezamenlijke maaltijd. Op welke manieren helpt zo’n levend voorbeeld bij het begrijpen van de antropologische, sociologische en psychologische implicaties van de nieuwe mens die Paulus preekte?

Hoe vind je deze suggesties?

Met jullie scores en reacties kijken we voor welke suggesties verbeterd moeten worden. Heb je daar concrete ideeën over, stuur dan een e-mail.

Rating: 0 sterren
0 stemmen

Deel gedachten met elkaar

Deel je gedachten met een reactie hieronder. Wees vriendelijk, constructief en respectvol in je reactie op anderen. Plaats reacties hieronder dan ook onder je eigen naam. Wil je liever vertrouwelijk iets aan ons melden of je reactie laten verwijderen, stuur ons dan een e-mail.

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Reactie plaatsen